Anno 2011: politiek legt dodelijke infuus – Doodstrijd Hof van Assisen duurt al 6 jaar
Tijdens de beste dagen van de lente 2017 vinden we een artikel dat we in de zomer 2011 schreven voor een weekblad en dit al naar aanleiding van wat werd aangevoeld als de beslissende aanval van de politiek op de volksjury en het Hof van Assisen, in complot met de vijfde colonne binnen de magistratuur: een beperkte, maar o zo listige en machtige collectie gefrustreerde en/of onbekwame en/of gewetenloze en/of incivieke personages.
Het tergend trage maar dodende vergif dat toen werd toegediend, heeft vandaag haar volle uitwerking bereikt.
Het is een vorm van volksverraad dat media, advocaten en magistraten het Hof van Assisen hebben laten stikken, letterlijk.
De doodstrijd is nog niet voorbij.
Het zijn enkelingen die verder strijden, trouw aan hun ideologie.
Hierna volgt wat Gust Verwerft schreef in de zomer van 2011,
na de zoveelste bemoeienis van het Europees Hof
dat het kruiperige België haar volksrechtspraak niet gunt
omdat het niet past bij de almacht van de Europese potentaten.
Het Hof van Assisen gaat kapot, zeker weten!
Al vele jaren word ik vaak ongevraagd opgevoerd als de absolute en onvoorwaardelijke voorstander van de volksrechtspraak zoals die – afgerond – honderd keer per jaar wordt toegepast voor de nu al twaalf Hoven van Assisen in België.
Aan twaalf uitgelote burgers wordt de macht gegeven, onafhankelijk en in eer en geweten, in een halsmisdrijf (nvdr. zwaar misdrijf) te oordelen over schuld en boete van een medeburger.
Dat ik er een militant voorstander van ben, dat klopt.
Dat wil zeggen: de volksrechtspraak zoals ze was totdat “Europa” er zich mee begon te bemoeien.
Na veertig jaar journalistiek en een duizendtal assisenprocessen, begin ik echter te twijfelen of het Hof van Assisen de nieuwe formule (in 2011, gv) kan overleven.
Politieke ingrepen hebben er immers een knoeiboel van gemaakt.
De politieke onbekwaamheid, de dubbele agenda’s en een portie schijnheiligheid hebben het systeem kapotgemaakt.
“Blijf er af of schaf het af”
In een debat op Radio Klara (2009, gv) verwoordde Jean-Luc Cottyn, voorziter van de Hoge Raad voor de Justitie, het met die woorden glashelder in een oproep tot de politici, die zich al jaren amuseren met het in elkaar flansen van nieuwe procedures voor de volksrechtspraak.
Hoe geleerder,
hoe wereldvreemder
Het gros van onze politici, en onder wie vele zogeheten intellectuelen, kijkt al langer neer op het systeem dat in België verfijnder en stabieler is dan wat het grote publiek kent uit Amerikaanse misdaadseries.
Af en toe lanceert onze pers – vaak bij gebrek aan terreinkennis en door een tekort aan blikvangers – ongenuanceerde verhalen waarin wordt gesuggereerd of zelfs beweerd dat de volksjury zich zou vergist hebben in een affaire van schuld of onschuld.
De parachutemoord, bijvoorbeeld.
Wie in Tongeren de wekenlange debatten in de zaal volgde, twijfelt niet aan de schuld van Els Clottemans.
Wie zich liet meedrijven op de golven van de journalistieke mystiek, loopt nu rond met de dwanggedachte van een moedwillige, zelfs kwaadaardige gerechtelijke dwaling.
In veel te korte tv-debatten en haastige interviews komen intellectuelen van alle slag beweren dat het inderdaad zó en niet anders is en dat – beleefd gezegd – een gewone mens niet de verstandelijke vermogens heeft om te oordelen of te weerstaan aan de rattenvangers van Hamelen, zeg maar de advocaten.
De beste stuurlui zitten in de stuurhut
We draaien honderd assisenprocessen per jaar.
Dat betekent, invallers inbegrepen, jaarlijks een contingent van 1.500 Belgen die wekenlang volksrechter waren.
Als ik even achteromkijk, zie ik tienduizenden burgers die in een assisenproces hebben gezeteld en geoordeeld.
Bij hoge uitzondering, te tellen op de vingers van één hand, lees of hoor je iets over een malcontent jurylid.
Na hun ervaring op het Hof van Assisen zijn juryleden de hevigste voorstanders van het systeem.
Nochtens hebben velen van hen in het begin geprobeerd om aan hun burgerplicht te ontsnappen en niet te moeten zetelen.
Alles gaat goed,
te goed
Tot einde 2009 ging alles relatief goed in onze Hoven van Assisen. Tot de politiek, met haar eeuwig ontslagnemende justitieministers, moedwillig arresten van het Europees Hof begon te interpreteren als een bevel om onze volksrechtspraak overhoop te gooien.
De tegenstanders zetten hun strategie op.
Dat klinkt zo:
Volksrechtspraak kost te veel geld.
Volksrechtspraak duurt te lang.
Volksrechtspraak wordt door de media misbruikt tot show.
Volksrechtspraak maakt sommige advocaten tot vedetten en rijk.
Een volksjury is beïnvloedbaar, dit in tegenstelling tot beroepsrechters (sic).
.
De commissies der lege banken
We beleefden (in 2010, gv) het wansmakelijke spektakel in justitiecommissies van Kamer en Senaat, waar een zootje ongeregeld ging bepalen wat er aan de assisenprocedure moest veranderen.
Commissies met lege stoelen, weinig juridische kennis en een totaal gebrek aan binding met het Hof van Assisen.
Een van de weinigen van het gezelschap die ooit één voet in het Hof van Assisen heeft gezet, was de Brugse advocaat-politicus Renaat Landuyt.
Dat was twintig jaar geleden, als medepleiter van Piet Van Eeckhaut.
Commissies, puur politiek samengesteld, waarbij bijvoorbeeld Waalse huisdokters het hoge woord voerden.
Soms daagde voor de commissiezittingen amper een handvol leden op.
Normaliter zouden ze daar met dertigtal politici moeten zetelen.
In de pers kreeg de moord op onze volksrechtspraak vrijwel geen aandacht.
Alleen John Dewit kon op de expertenpagina van Gazet van Antwerpen en het Belang van Limburg soms zijn verbazing en verbijstering ventileren.
En toen werd het december 2009
Deze maandenlange poppenkast beleefde haar groteske finale tijdens een nacht eind december 2009. Toen moest er in de Kamer worden gestemd over de nieuwe procedure voor het Hof van Assisen.
Naar slecht politiek gebruik werd alles op een hoopje gegooid.
Het ene werd in zuivere loodgieterstijl gekoppeld aan het andere en gestemd, meerderheid tegen minderheid.
Zodoende is een onwerkbare, dus af te schaffen nieuwe procedure voor de volksrechtspraak ontstaan. Tot verbittering van vele magistraten die slechts om hun mening werd gevraagd toen het te laat was.
Om een assisenproces zo lang mogelijk te laten duren en dus zo duur mogelijk te maken – zodat het weldra door een bezuinigend parlement kan worden afgeschaft – worden het samenstellen van de volksjury, het voorlezen van de officiële documenten en het ondervragen van de beschuldigde nu verdeeld over meerdere dagen.
Tot voor kort gebeurde dat in één keer.
Tussen het uitloten van de volksjury en het ondervragen van beschuldigde en getuigen liggen nu minstens twee werkdagen, in de praktijk vier tot vijf kalenderdagen.
Het is vragen om incidenten en beïnvloeding.
Uiteraard klinkt het nu al dat “het” te lang duurt en dat “het” te veel kost.
De kwaal is ongeneesbaar geworden.
Eer en geweten zijn niet meer van tel
Het volstaat vandaag (2011, gv) niet meer dat een volksjury in eer en geweten met ja of neen antwoordt op de schuldvragen.
Misleid door Europa en bezweken onder de invloed van Waalse advocaten, worden de juryleden nu verplicht een hele uitleg te geven over het waarom van hun beslissing.
Motiveren, zo heet dat.
Ze doen dit binnenskamers en in het bijzijn van de drie magistraten.
Dit is een regelrechte aanslag op het verheven principe van het geheim van het beraad.
Niemand behoort te weten wat iemand anders over een dossier denkt.
Dat geheim van het beraad is nu doorbroken.
De sereniteit is weg.
En duurder, veel duurder
Het opstellen van al deze arresten en motiveringen duurt uren, soms dagen.
Ondertussen ligt het proces stil.
Alleen de loodzware kosten tikken verder aan.
Het meest onwaarschijnlijke zouden we nog bijna vergeten.
De politiekers hebben, in hun geniepige hang naar afschaffing van de volksrechtspraak, bepaald dat er voortaan minder zaken naar het Hof van Assisen moeten.
In een opstoot van verdwazing werd beslist om moordpogingen niet meer voor een volksjury te brengen.
Simpel gezegd: geen lijk, geen proces.
Zelfs als de overlevende als een wrak in een rolstoel zit, blind, doof of verlamd is.
De man die dagen op de loer ligt om zijn vrouw af te slachten, vreselijk toeslaat maar het geluk heeft dat zijn slachtoffer niet dood is, wordt door justitie beloond en mag voor een lagere rechtbank terechtstaan waar hij uiteraard een lagere straf zal krijgen.
Met dat soort dingen hebben de politieke denkers van de volksrechtspraak een farce gemaakt.
(uit true crime magazine misdaad.com, zomer 2011)