Ministers van Justitie zijn geen gewone mensen

Geplaatst op door

In ons boek “Exit Hof van Assisen, waarom?”
(2016, 2017) brengen we het relaas over onze strijd,
op alle fronten,
om het Hof van Assisen
en de volksrechtspraak te redden
en, zoals dat heet,
in ere te herstellen.

Iets wat o.a. via een lange en gewonnen procedure voor het Grondwettelijk Hof goeddeels gelukt is.

Achteraan het boek brengen we achtergrondinfo.

Zoals over de lange lijst met ministers van Justitie sinds 1830, dag 1 van België/Belgique.

Onze ministers van Justitie

Alle kleuren van de regenboog

Al deze ministers van Justitie lieten het Hof van Assisen en de volksjury vrijwel ongemoeid.
Ze hebben niet geprobeerd om dit onderdeel uit de Grondwet weg te halen, ook niet tijdens en na de twee wereldoorlogen.
Toen zou dat makkelijker gekund hebben.

Laurette Onkelinx heeft er eventjes aan gedacht.
Ze stelde een werkgroep van Wijzen samen en die raadde haar dat af.
En ze volgde de wijze raad van o.a. Fred Erdman.

Koen Geensis de eerste minister van Justitie die rechtspraak via de burgers wil afschaffen.
Dit op aanstoken van slechte vrienden, zowel in zijn professioneel als zijn politieke omgeving.

Zijn voorgangster Annemie Turtelboom had er eerder ook aan gedacht.
Ze was zo verstandig niet tot daden over te gaan.
Ze voelde dat ze niet ernstig werd genomen, nadat ze tot haar eigen verbazing als niet-juriste door haar partij tot minister van Justitie was geparachuteerd.

Van 1831 tot 1899

1831-1831 Alexandre Gendebien (liberaal)
1831-1831 Antoine Barthélémy (liberaal)

1831-1832 Jean Raikem (katholiek)
1832-1834 Joseph Lebeau (liberaal)

1834-1839 Antoine Ernst (liberaal)
1839-1839 Jean-Baptiste Nothomb (liberaal)

1839-1840 Jean Raikem (katholiek)
1840-1841 Mathieu Leclercq (liberaal)

1841-1842 Guillaume Van Volxem (liberaal)
1842-1843 Jean-Baptiste Nothomb (liberaal)

1843-1847 Jules Joseph d’Anethan (katholiek)
1847-1850 François-Philippe de Haussy (liberaal)

1850-1852 Victor Tesch (liberaal)
1852-1855 Charles Faider (liberaal)

1855-1857 Alphonse Nothomb (katholiek)
1857-1865 Victor Tesch (liberaal)

1865-1870 Jules Bara (liberaal)
1870-1871 Prosper Cornesse (katholiek)

1871-1878 Théophile de Lantsheere (katholiek)
1878-1884 Jules Bara (liberaal)

1884-1884 Charles Woeste (Katholieke Partij)
1884-1887 Joseph Devolder (Katholieke Partij)

1887-1894 Jules Lejeune (Katholieke Partij)
1894-1899 Victor Begerem (Katholieke Partij)

Van 1900 tot 1940

1899-1907 Jules Van den Heuvel (Katholieke Partij)
1907-1908 Jules Renkin (Katholieke Partij)

1908-1911 Léon de Lantsheere (Katholieke Partij)

1911-1918 Henri Carton de Wiart (Katholieke Partij)

1918-1921 Emile Vandervelde (BWP)
1921-1921 Aloys Van de Vyvere (Katholieke Partij)

1921-1925 Fulgence Masson (liberaal)
1925-1925 Léon Théodor (Katholieke Partij)

1925-1925 Paul Tschoffen (Katholieke Partij)
1925-1926 Prosper Poullet (Katholieke Partij)

1926-1927 Paul Hymans (liberaal)
1927-1931 Paul-Emile Janson (liberaal)

1931-1932 Fernand Cocq (liberaal)
1932-1934 Paul-Emile Janson (liberaal)

1934-1935 François Bovesse (liberaal)
1935-1936 Eugène Soudan (POB)

1936-1937 François Bovesse (liberaal)
1937-1937 Hubert Pierlot (Katholieke Partij)

1937-1937 Victor de Laveleye (liberaal)
1937-1937 Victor Maistriau (liberaal)

1937-1938 Charles du Bus de Warnaffe (Katholieke Partij)
1938-1939 Joseph Pholien (Katholieke Partij)

1939-1939 Emile baron van Dievoet (Katholieke Partij)
1939-1939 August de Schryver (Katholieke Partij)

1939-1939 Eugène Soudan (POB)
1939-1939 Paul-Emile Janson (liberaal)
1939-1940 Eugène Soudan (POB)

Van 1940 tot 1945

1940-1940 Paul-Emile Janson (liberaal)
1940-1942 Albert de Vleeschauwer (Katholieke Partij)

1942-1944 Antoine Delfosse (Katholieke Partij)
1944-1945 Maurice Verbaet (Katholieke Partij)

Van 1945 tot 1999

1945-1945 Charles du Bus de Warnaffe (Katholieke Partij)
1945-1946 Marcel Grégoire (UDB)

1946-1946 Henri Rolin (PSB)
1946-1946 Adolphe Van Glabbeke (liberaal)

1946-1947 Albert Lilar (liberaal)
1947-1948 Paul Struye (PSC)

1948-1949 Henri Moreau de Melen (PSC)
1949-1950 Albert Lilar (liberaal)

1950-1950 Henri Carton de Wiart (PSC)
1950-1952 Ludovic Moyersoen (CVP)

1952-1952 Joseph Pholien (PSC)
1952-1952 Léonce Lagae (CVP)

1952-1954 Charles du Bus de Warnaffe (PSC)
1954-1958 Albert Lilar (liberaal)

1958-1958 Pierre Harmel (PSC)
1958-1960 Laurent Merchiers (liberaal)

1960-1961 Albert Lilar (liberaal)
1961-1965 Piet Vermeylen (BSP)

1965-1968 Pierre Wigny (PSC)
1968-1973 Alfons Vranckx (BSP)

1973-1977 Herman Vanderpoorten (PVV)
1977-1980 Renaat Van Elslande (CVP)

1980-1980 Herman Vanderpoorten (PVV)
1980-1981 Philippe Moureaux (PSB)

1981-1988 Jean Gol (PRL)
1985-1988 Georges Mundeleer (PRL) (staatssecretaris)

1988-1995 Melchior Wathelet (PSC)
1995-1998 Stefaan De Clerck (CVP)
1998-1999 Tony Van Parys (CVP)
1999-2003 Marc Verwilghen (VLD)

Vanaf 2000

1999-2003 Marc Verwilghen (VLD)
2003-2007 Laurette Onkelinx (PS)

2007-2008 Jo Vandeurzen (CD&V)
2008-2011 Stefaan De Clerck (CD&V)

2011-2014 Annemie Turtelboom (Open VLD)
2014-2014 Maggie De Block (Open VLD)

2014-heden/2020 Koen Geens (CD&V)