Onder grote mensen – Mag voorzitster die terroristenproces redde, niet blijven? – Die kleine lettertjes in de wet van 1935
- Ge moet het artikel, vandaag in de digitale krant DOORBRAAK toch eens lezen.
- Hans Brockmans komt daar tot de conclusie dat de topmagistrate Laurence Massart – de dame die het onmogelijke proces rond de aanslagen in Zaventem en Maalbeek toch foutloos beëindigde, niet op haar positie als eerste-voorzitter van. het Hof van Beroep iBrussel/Bruxelles kan, nee mag blijven.
- Omdat ze niet genoeg Nederlands kent. Hoe kan dat? Hoe werd dat vastgesteld en door wie? Hoe is Laurence dan ooit zo ver geraakt?
Wat we zojuist lezen op het niet-afgeschermde gedeelte van de digitale website Doorbraak.be
Hans Brockmans:
Vandaag – donderdag 11 oktober 2023 – kon de benoemingscommissie van de Hoge Raad voor Justitie (HRJ) geen beslissing nemen over de benoeming van een nieuwe procureur-generaal van Brussel. De Vlaamse leden van die commissie weigeren zich uit te spreken over de twee Franstalige kandidaten. Omdat de eveneens Franstalige Laurence Massart een kans maakt haar voorzitterschap van het Brusselse Hof van Beroep te verlengen, blokkeren de Vlamingen de benoeming van een Franstalige PG.
Alternerend taalstelsel
Volgens de wet van 15 juni 1935 op het gebruik der talen in gerechtszaken moeten de opeenvolgende eerste voorzitters van het hof van beroep en van het arbeidshof van Brussel behoren tot een verschillend taalstelsel. Het is ook gebruikelijk dat de procureur-generaal van een andere taalrol is dan de voorzitter van het hof.
Nadat hij tien jaar het Brusselse parket had geleid, zou de Vlaming Johan Delmulle dus opgevolgd moeten worden door een Franstalige magistraat. Vandaar de kandidatuur voor de HRJ van de Franstalige Frédéric Van Leeuw, de huidige federale procureur, en Paul Dhaeyer, voorzitter van de Brusselse ondernemingsrechtbank. De Vlaamse leden van de benoemingscommissie blokkeren de procedure nu tot er meer duidelijkheid is over de herbenoeming van Massart.
Nederlandsonkundige voorzitter
Minister van Justitie Vincent Van Quickenborne (Open Vld) besliste om Massart niet te herbenoemen en een sollicitatieprocedure te openen voor een Vlaamse voorzitter. Ze spreekt als voorzitter van een tweetalig tribunaal geen Nederlands. De voorzitter, die overigens het Assisenproces over de aanslagen in Brussel en Zaventem leidde, vocht de niet-verlenging aan voor de Raad van State en vroeg aan de rechtbank van eerste aanleg van Brussel in afwachting van een uitspraak de opschorting van de sollicitatieprocedure. Ze kreeg op 22 september dus in kortgeding gelijk.
‘Ik respecteer het feit dat ze opkomt voor haar rechten’, reageert Peter Callens, voorzitter Orde van de Vlaamse Balies. ‘Maar het kan echt niet dat iemand die geen Nederlands spreekt het belangrijkste, tweetalige hof van beroep van het land leidt. Vergeet ook niet dat dit hof bevoegd is voor beroepen tegen de Vlaams-Brabantse vonnissen. We keren zo terug naar de negentiende eeuw.’
‘Evenwicht zoek’
Callens noemt de beslissing van de Vlamingen binnen de Hoge Raad om in afwachting van duidelijkheid over Massarts herbenoeming geen procureur-generaal te benoemen ‘zeer coherent’. ‘De twee kandidaten voor de opvolging van de huidige procureur-generaal zijn beide zeer competent en spreken ook goed Nederlands’, verdedigt hij. ‘Maar zolang mevrouw Massart mogelijk voorzitter van het hof kan blijven is het evenwicht zoek. En volgens de wet is zo’n evenwicht noodzakelijk.’
HANS BROCKMANS