Terreurproces – Welke rol speelden de beschuldigden, volgens de volksjury?
Bron: belga, vrt
- Oussama Atar wordt door het hof gezien als de “centrale figuur”. “Hij had de supervisie over de terroristen”, klinkt het. Atar is hier niet aanwezig, hij zou omgekomen zijn in Syrië. Maar omdat dat nooit formeel bevestigd kon worden, stond hij wel mee terecht. Hij is schuldig aan terroristische moord en moordpoging, en aan lidmaatschap van een terroristische groepering.
- Mohamed Abrini had volgens het hof “een onmiskenbare rol in de aanslagen op Zaventem en hij wist wat er ging gebeuren in Maalbeek”. Hij was de man met het hoedje, die zijn karretje met explosieven in de vertrekhal van de luchthaven van Zaventem achtergelaten had. Hij is schuldig aan terroristische moord en moordpoging, en aan lidmaatschap van een terroristische groepering.
- Osama Krayem had volgens het hof ook “een onmiskenbare rol in de aanslagen in Maalbeek”. Op zijn beurt wist hij wat er ging gebeuren in Zaventem. Hij had een rugzak vol explosieven bij, en was op weg naar het metrostation, maar maakte rechtsomkeer. Hij is schuldig aan terroristische moord en moordpoging, en aan lidmaatschap van een terroristische groepering.
- Salah Abdeslam kan volgens het hof niet zeggen dat de aanslagen van Parijs en Brussel niet aan elkaar gelinkt zijn. Hij bleef na Parijs ter beschikking van de verschillende daders, benadrukt het hof. Tijdens het proces pleitte Abdeslam dat hij niet schuldig kon zijn, omdat hij in de gevangenis zat (hij werd enkele dagen voor de aanslagen opgepakt). Maar Abdeslam koos er na de aanslagen in Parijs bewust voor om zich in Brussel te vestigen waar ook een aanslag werd voorbereid en kende het doel van die aanslag, oordeelt het hof. Zijn verklaring dat hij naar Syrië wilde gaan, vindt het hof niet geloofwaardig. “Hij kende de modus operandi, het doel en was vastbesloten om zijn werk af te maken. Daarvoor zijn verschillende materiële bewijzen”. Hij wordt dus wel degelijk schuldig bevonden aan terroristische moord en moordpoging, en aan lidmaatschap van een terroristische groepering.
- Sofien Ayari werd vrijgesproken voor terroristische moord en moordpoging, omdat er te veel twijfel heerst over zijn precieze rol bij de aanslagen. Opvallend: want hij legde een gelijkaardig parcours af als Salah Abdeslam. Maar het hof vond geen bewijs dat Ayari noodzakelijke hulp bood om in ons land aanslagen te plegen of daarvan op de hoogte was. Hij heeft ook altijd volgehouden dat hij naar Syrië terug wilde na de aanslagen in Parijs en er is niets in het dossier dat dat tegenspreekt. Ayari wordt wel veroordeeld voor lidmaatschap van een terroristische groepering. Wel belangrijk om te weten: hij werd eerder al veroordeeld voor de aanslagen in Parijs (30 jaar cel) en de schietpartij in Vorst (20 jaar). Hij zal dus hoe dan ook nog een hele tijd in de gevangenis zitten.
- Ali El Haddad Asufi is over de hele lijn schuldig bevonden. “In tegenstelling tot zijn verklaringen was hij wel degelijk op de hoogte van de extreme radicalisering van de broers El Bakraoui (die de aanslagen pleegden, red.). Hij kende het plan en wilde helpen. Hij was contactpersoon en bood geregeld hulp.” Door logistieke hulp te bieden, versterkte El Haddad Asufi de vastberadenheid van de daders om aanslagen te plegen, waardoor hij essentiële hulp bood.
- Bilal El Makoukhi ontkent zijn deelname aan de aanslagen niet. Hij heeft toegegeven dat hij de wapens en explosieven van de terreurcel verborgen heeft, maar heeft nooit willen toegeven waar. De oud-Syriëstrijder vroeg tijdens het proces of zijn daden zouden gekwalificeerd kunnen worden als oorlogsmisdaden. De jury ging niet in op die vraag en veroordeelde hem over de hele lijn.
- Hervé Bayingana Muhirwa is onschuldig bevonden aan terroristische moord en moordpoging, maar schuldig aan lidmaatschap van een terroristische groepering. Het hof ziet duidelijke banden tussen hem en de veroordeelde beschuldigden, maar er heerst twijfel over zijn rol bij de aanslagen en of hij daar zelfs überhaupt van op de hoogte was.
- Smail Farisi is over de hele lijn vrijgesproken, dus voor terroristische moord en moordpoging en voor lidmaatschap van een terroristische organisatie. Hij heeft wel degelijk zijn appartement verhuurd aan de terroristen, maar wist volgens het hof niet wat er beraamd werd. “Zijn verklaringen waren altijd consequent”, benadrukt het hof. “Behalve twee oude schoolvrienden kende hij geen hoofdrolspelers, kende hij geen andere schuilplaatsen en was hij niet bezig met religie.”
- Ibrahim Farisi is over de hele lijn vrijgesproken, hij stond hier ook alleen terecht voor lidmaatschap van een terroristische organisatie. De vrijspraak was verwacht, want ook het Openbaar Ministerie had die gevraagd.