49 – Dag 5c – Marjan dronk nooit, zweeg nooit, rookte altijd
Een handvol getuigen is de dode Marjan Blaton (65) komen beschrijven als een excentrieke vrouw met een opvallende manier van zich te kleden, met een grote mond en met een uitgesproken eigen mening. Iemand die nooit dronk en kettingrookte.
Ze werkte op een bank, haar man had een café in Mechelen en er waren de gebruikelijke spanningen tussen deze karakters.
Het slachtoffer werd depri van de lange lijdensweg en de tragische dood van Wilfried, haar echtgenoot.
Een greep uit de getuigenissen:
-“Die relatie was eigenlijk meestal heel goed.”
-“Als er ruzie was, ging ze soms een paar dagen naar haar ouders.”
-“Marjan was altijd rechtuit.”
-“Ze zou het altijd ongezouten in je gezicht zeggen.”
-“Ik heb ‘Marianne’ nooit agressief gezien, maar ze kon wel scherp zijn met haar tong.”
-“We waren altijd welkom.”
-“Ze kon dan lekkere lasagne maken.”
-“We hebben heel wat afgelachen.”
Marjan, helemaal in leder verpakt
Dat klopt, volgens haar neef Pieter Van Den Bossche.
-“Van mijn 12 tot mijn 17 jaar ging ik een paar weken per jaar naar ’tante Tet’. Ik speelde op het strand, terwijl zij op een terrasje zat.”
-“Ze was een fiere dame met een opvallende kledingstijl.”
-“Zo kwam ze een keer volledig in leder naar Zottegem.”
-“Mijn grootouders hadden haar zelfs niet herkend.”
Getuigen merken op dat Marjan nooit alcohol dronk.
Vreemd, want bij de lijkschouwing werd wel alcohol in haar bloed terug gevonden.
Toen de Post nog de Post was
De supporters van postman Pol Van Mullem waren er ook, vandaag.
Ooit kon Pol kiezen tussen een loopbaan bij de Post of bij de Rijkswacht.
Hij was geslaagd in de beide toegangsexamens.
Hij koos voor de Post die toen de rode Post was, een vakbondsbastion.
-“Pol was een goeie werker en hij zorgde voor de sfeer bij de post.”
-“Wij keken als jongere gasten op naar zijn ervaring en zijn kennis.”
Volgens Luc Uytterhaeghen heeft Pol vaak collega’s uit de nood geholpen.
-“Pol is één van de beste medewerkers die we ooit gehad hebben.”
-“Ik heb hem ook nooit agressief gezien.”
-“Hij was wel stoer als motard, maar had een groot hart.”
Hoera, we krijgen er een getuige bij
We horen dat er een getuige extra komt.
Het gaat om de bovenbuur van de dode Marjan.
Familie van Marjan had dit gevraagd.
-De man beweert dat hij de zaterdag van de feiten geen enkele discussie hoorde in het appartement van Marjan.
Kris Vincke, de eminente advocaat van Pol is er niet gelukkig mee.
-“Ik ga er geen incident van maken…”
-“… maar ik wil wel dat er nagegaan wordt waar hij precies woont.”